Disney World in Florida tovert weggegooid voedsel om in elektriciteit. Dat is geen sprookje maar big business.
Elk jaar bezoeken miljoenen Walt Disney World. Ze gooien vele tonnen voedsel weg of laten het achter op tafel. ‘s Werelds beroemdste pretpark verzamelt alle voedselresten van haar restaurants en personeelskantines en keukenafval zoals gebruikt olie en vet. De resten komen in grote tanks terecht in de buurt van het park. Daar wordt het gemengd met onder meer afvalwater en micro-organismen. Het chemische proces in deze gigantische gisttonnen levert biogas op. Hiermee wekt Disney stroom op voor eigen gebruikt. Een restproduct is meststof dat weer in omloop komt, bijvoorbeeld in de vorm van tuinaarde.
Duurzaam ondernemen, zoals Disney, is de nieuwe norm. Het is een must om onze planeet te redden. Het moet ook omdat de overheid en de markt het eisen. Wie niet meedoet, gaat kopje onder.
Het biogascomplex produceert 5,4 megawatt. Hiermee dekt Disney World een deel van de eigen behoefte aan elektriciteit. De hoeveelheid stroom is vergelijkbaar met het verbruik van 2000 huishoudens. Het bedrijf investeerde 30 miljoen dollar en verdient dit naar eigen zeggen ruimschoots terug. Nog los van een positief effect op het imago.
Het mes snijdt aan twee kanten. Zoals Disney en steeds meer andere organisaties aantonen zorgt duurzaam ondernemen ook voor groei en bloei. Het geeft handvatten om succesvol te innoveren. Juist door nu een duurzame strategie te ontwikkelen.
Moederbedrijf Disney zet hoog in op een circulaire bedrijfsvoering. Zo pakt het ook de uitstoot van broeikasgassen aan. Animatiestudio’s in Californië beschikken over een brandstofcel met 1 megawatt vermogen. Nieuwe panden krijgen een certificaat voor duurzame bouw. Een TV-station werd voorzien van condensatieketels, zuinige Ledverlichting en een grondwateropvangsysteem. Goed voor doelmatig gebruik van energie en water. Disney is een van de grootste uitgevers van kinderboeken en koopt geen papier in uit illegale houtkap.