Door Lex Eschauzier
De huidige tijd dwingt ons structureel na te denken over de wijze waarop wij de wereld hebben ingericht.
‘Never let a good crisis go to waste’, een citaat van Winston Churchill, is misschien wel het meest gehoorde mantra van de laatste maanden. Velen haken de eigen politieke, maatschappelijke, culturele of zakelijke agenda aan de corona-crisis. Het wemelt van de ideeën, oproepen, eisen en petities, over hoe de wereld er na de (al dan niet intelligente) lock down uit moet zien.
Reflectie
Maar eerst en vooral moet onze aandacht en inspanning uitgaan naar de mensen die in het ziekenhuis belanden, of erger. Vele duizenden mensen belanden daar gelukkig niet, juist omdat we ons daarvoor de noodzakelijke sociale, culturele en zakelijke aderlatingen getroosten.
Het past niet om op dit moment luid en stellig op de eigen trom te slaan. Er is nog zo veel onduidelijk. Het virus en de beste wijze van bestrijden ervan laten zich niet gemakkelijk kennen.
Psychologisch staan we met zijn allen onder druk. Anderzijds biedt de lockdown een periode van reflectie, althans voor de beoefenaren van niet-vitale beroepen. Er is ook tijd en ruimte om stil te staan bij wie we waren en wie we willen zijn.
Leert de lockdown ons iets?
Die andere crisis, het klimaatvraagstuk, echoot door. Leert de huidige situatie ons iets? Het stelt in elk geval relevante vragen. Bijvoorbeeld hoe wij met dieren omgaan. Of iets heel anders; het feit dat we (te)veel productie uitbesteden aan het verre oosten. Doen we daar wel goed aan?
Dit fenomeen speelt al jaren en doet nu pijn omdat het ons ‘ineens’ aan beschermende kleding en medicijnen ontbreekt. We maakten onszelf kwetsbaar en afhankelijk met deze extreme, te ver doorgevoerde uitbesteding. We riepen elkaar (bijna) allemaal na: China is de productiehal van de wereld.
Re-shoring
Het klimaatprobleem lijkt voor velen een ver van het bed verhaal. We lezen in een bericht tussen het virusnieuws dat een kwart van de insecten wereldwijd verdwenen is. Zulke gevolgen doen niet meteen pijn. Corona bijt wel in het hier en nu.
Ieder bedrijf, organisatie, manager, directeur krijgt ze het thans voor de kiezen, de vragen die de pandemie stelt. Sommige antwoorden liggen al op de plank. Evident is bijvoorbeeld dat de structuur van de internationale handel en industrie op de schop moet. Wat we dringend nodig hebben is ‘re-shoring’. Dit wil zeggen het organiseren van productie en dienstverlening in de nabijheid van de afnemer. We weten het al lang: produceren in Nederland of in andere Europese landen kán.
Lessen in toekomstbestendigheid
Wat deze tijd ons leert:
- Hoe belangrijk ‘toekomstbestendigheid’ is.
- Verdere verduurzaming van organisaties en samenleving is urgenter dan ooit.
- Ketens zijn zo sterk als de zwakste schakel. Daarom is integraal denken en doen zo noodzakelijk.
- Het is vitaal om het ‘immuunsysteem’ te versterken van het eigen bedrijf of de eigen instelling.
- We kunnen problemen als files en luchtvervuiling terugdringen door technologie strategisch in te zetten, bijvoorbeeld door elkaar meer online te ontmoeten.
- Rust en stilte zijn kwaliteiten. Nu thuis zitten biedt bijvoorbeeld een kans om nieuwe verbindingen te maken. Met onszelf, met de natuur en met de eigen omgeving en kring. Tuin en balkon staan als het ware voor het lokale. De verbinding met de wereld daarbuiten leggen we met behulp van de digitale kanalen die we nu nog intensiever gebruiken.
Dit alles krijgt nu momentum, juist door de urgentie en het ingrijpende van de pandemie. Het goede nieuws: we blijken in staat om snel en vergaand onze organisaties en ons gedrag te veranderen.